Gistermiddag, 12 oktober, organiseerde het VU medisch centrum een nascholingsdag over ‘gehoorverlies na meningitis’ plaats in Nemo te Amsterdam. Hieronder een kort verslag.
Onder leiding van dagvoorzitter dr. Theo Goverts spraken diverse sprekers over de volgende onderwerpen:
Bacteriële meningitis – behandeling en gehoorverlies (dr. Diederik van de Beek).
Dr. Van de Beek vertelde onder andere over de verschuiving in leeftijd van meningitispatiënten. Waren het ‘vroeger’ vooral kinderen die getroffen werden, tegenwoordig zijn de volwassenen in de meerderheid (43% kinderen tegenover 57% volwassenen. Dit heeft vooral te maken met de vaccinaties tegen pneumokokken en meningokokken C en de natuurlijke daling van meningokokken B.
Van de volwassenen wordt 70% getroffen door pneumokokken meningitis.
20 tot 25% van de getroffenen krijgt te maken met gehoorverlies.
De invoering van dexamethason, een ontstekingsremmer, tijdens de behandeling van de ziekte in de acute fase leidt tot vermindering van de gehoorproblemen. Echter, dexamethason kan leiden tot een hoger risico op infarcten. Dit is de reden dat men op zoek is naar een nieuwe therapie met het toedienen van een complement. Het onderzoek hier naar ziet er bij proefdieren hoopgevend uit (zie ook een eerdere blog). Hoe het bij mensen zal werken is nog niet bekend.
Meningitis en de gevolgen voor het jonge kind: overzicht en nieuwste inzichten (prof.dr. Marceline van Furth).
Onder leiding van prof. dr. Van Furth is een aantal jaren geleden een nazorgpoli voor meningitispatiënten opgezet in het VU medisch Centrum. Dit is een multidisciplinair team met een kinderneuroloog, infectioloog, revalidatiearts, fysiotherapeut, psychotherapeut, logopedist, kindernefroloog, oogarts, KNO arts, orthopedagoog en ergotherapeut. Patiënten kunnen zich hiervoor aanmelden via de (huis)arts. Zij krijgen dan een vragenlijst en kunnen eventueel naar een spreekuur komen. Het multidisciplinair geeft gericht advies over hoe met restverschijnselen verder te gaan, zij denken mee (maar kunnen niet de zorg overnemen).
Opvallend was dat prof. van Furth in haar presentatie onder andere ADHD als een gevolg van meningitis aangaf.
Een aantal factoren waaronder een laag glucosegehalte in liquor, geen petechiën en meer dan 2 dagen symptomen geeft patiënten 30% meer kans op gehoorverlies. Het goed monitoren van de patiënt is dus erg belangrijk, want mocht de patiënt in aanmerking komen voor een cochleair implantaat, dan moet dat zo snel mogelijk gebeuren.
Medische diagnostiek naar gehoor bij meningitis: het landelijk protocol (dr. Paul Merkus).
In de nieuwe richtlijn voor cochleaire implantaten (CI) na bacteriële meningitis staat onder andere dat het gehoor van alle patiënten na meningitis voor ontslag getest moeten worden. Zijn er problemen, dan moet er zo snel mogelijk gehandeld worden. Door de meningitis kan het slakkenhuis snel verkalken waardoor een CI plaatsen moeilijk of onmogelijk wordt. Bij sommige patiënten gebeurt dit al binnen een aantal weken. In Nederland zijn 33 audiologische centra. Daarnaast is in elk academisch ziekenhuis een audiologische centrum met CI mogelijkheden.
Meningitis: het belang van gedegen multidisciplinaire diagnostiek van gehoor en communicatie (dr. Yvonne Simis).
Dr. Simis behandelde de verschillende soorten gehoortesten. Tevens besprak zij de multidisciplinaire aanpak door het audiologisch Centrum, inclusief maatschappelijk werk en advisering over kinderdagverblijf of school. Zij gaf expliciet aan dat spoedverwijzingen van audiologische centra naar cochleair implantaat teams mogelijk en soms noodzakelijk zijn.
Behandeling en revalidatie van (ernstige) blijvende gehoorschade: hoortoetsellen en cochleaire implantatie in een multidisciplinaire benadering (dr.ir. Cas Smits en drs. Erik Hensen).
Dr. Smits gaf aan dat in een ideale situatie een patiënt binnen 2 weken na de acute ziekte een cochleair implantaat had, indien nodig. Spoed is ècht spoed!
Drs. Hensen legde uit welke soorten schade de meningitis in het oor kan aanrichten. Dit kan schade aan de haarcellen in de cochlea zijn (zodat vloeistoftrilling niet meer omgezet wordt naar de gehoorzenuw), maar ook verkalking van de cochlea, schade aan de cortex (waar geluid verwerkt wordt) of schade aan de spirale ganglia, waardoor er geen omzetting van geluid naar de gehoorzenuw plaatsvindt.
De duur van een CI operatie duurt 3 uur. Om de kans op infectie te verminderen krijgt een patiënt profylactisch antibiotica. 6 Weken na de operatie wordt de processor aangesloten en kan de patiënt via het CI weer horen. Het CI is een goede oplossing voor schade aan de haarcellen, voor andere beschadigingen helpt het vaak minder.
Ook drs. Hensen benadrukt de spoed die nodig is bij het behandelen van gehoorproblemen: Binnen 3 weken na de acute ziekte is het slakkenhuis al volledig verbeend en is CI niet meer mogelijk!
Aan het eind van de presentaties werden de conclusies op een rij gezet door de dagvoorzitter:
*Meningitis kan (nog steeds) leiden tot ernstige restverschijnselen (o.a. van het gehoor)
*Extra complicerende factoren bij deze verworden slechthorendheid:
-Meningitis kan ook de Cochleaire implantatie – behandeling bemoeilijken of blokkeren, m.n. door ossificatie (verbening van het slakkenhuis)
-Hierdoor staat het hele traject onder grote tijdsdruk, dit vraag veel van team en ouders
-Er kunnen ook andere restverschijnselen zijn, bv in cognitief functioneren.
*Tempo is vereist!
*Interdisciplinaire behandeling is noodzakelijk, onder een dak ofwel in regionale netwerken.
Kortom, spoed geldt niet alleen bij de diagnosestelling en behandeling van meningitis, maar ook bij de vaststelling en behandeling van gehoorproblemen na meningitis.